Ze trouwt niet en gaat net als haar broer David en zijn vrouw Fokelina Neerduin-Elberg in Appingedam wonen, aan de Farmsumerweg 8.
Op 9 maart 1943 wordt Geertje gedeporteerd naar Westerbork, waar zij in blok 81 wordt geplaatst. Op 23 maart wordt zij gedeporteerd naar Sobibor. Hier wordt zij op 26 maart om het leven gebracht. Zij is dan 74 jaar."
Geertje wordt herdacht op het Joodse monument dat vóór de synagoge staat in Appingedam, net als zijn schoonzus Fokelina Elberg die op 28-08-1869 in Groningen is geboren en op 20 maart 1943 in Sobibor is vermoord.
Er is blijkbaar geen steen voor zijn broer David Neerduin die op 03-11-1870 in Godlinze is geboren en op 23-08-1938 in Opwierde is overleden (aktenr 49).